We zijn dit semester gestart met een nieuw project: Kantoor van de Toekomst. In de eerste vier weken verzamelden we informatie over verschillende aspecten van huisvesting. Deze projectstart kregen we van Rudolf, onze coach. Ik vind Rudolf een fijne begeleider, hij is duidelijk en betrokken, al merk ik soms dat hij er wel erg dicht bovenop zit. Dat kan me af en toe wat stress bezorgen, omdat ik dan het gevoel heb dat alles perfect moet zijn.

Tegelijkertijd volgden we de Professional Skill Informatie Dashboard, waarin we in duo’s werkten aan een informatiesysteem. In week 4 zijn binnen onze COL-groep de projectgroepen gevormd. Ik zit in een groep met Colin, Niels en Stan. We gingen vanaf week 4 t/m week 7 aan de slag met het Model Ontwerp Prakticum (MOP). In het MOP leer je hoe je een organisatie goed kunt huisvesten, rekening houdend met alle werkzaamheden die daar plaatsvinden. Als resultaat leverden we een MOP-verslag in.

Onze casus was een fictief uitzendbureau genaamd Flexus. We kregen al veel gegevens aangeleverd, zoals de missie en visie van het bedrijf. Daardoor hadden we snel een duidelijk beeld van de organisatie. Binnen onze groep nam ik vooral de verantwoordelijkheid op me voor het tekenwerk. Ik begon met het maken van een vlekkenplan, waarin ik globaal weergaf waar de verschillende ruimtes zouden komen.

We besloten als groep om de bovenverdieping van het pand te verhuren. Omdat er in het kantoor maar ongeveer zeven mensen werken, was de benedenverdieping ruim voldoende. Daarna werkte ik aan het wandenplan. In een meegeleverde bouwtekening gaf ik aan waar muren, ramen en deuren moesten komen. Hiervoor gebruikte ik het programma Floorplanner. Dat was de eerste keer dat ik met zo’n programma werkte, maar ik vond het verrassend leuk om te doen.

Toen het wandenplan eenmaal af was, konden we verder met het inrichtingsplan: bepalen wat waar moest komen te staan. We hadden van tevoren al goed nagedacht over wat elke ruimte nodig had – zoals bureaus, stoelen en opslag – en dat konden we nu eindelijk visueel uitwerken. Dit deel vond ik het allerleukste van het hele project. Het gaf een concreet beeld van hoe alles samenkwam.

Aan het begin snapte ik niet helemaal waarom we eerst het MOP moesten doen en daarna eigenlijk dezelfde stappen opnieuw. Maar achteraf begreep ik het pas: het gaf structuur en zorgde ervoor dat we in het tweede deel van het project veel gerichter en zelfverzekerder aan de slag konden.

Al met al vond ik dit een leuk en leerzaam project, waarin ik zelf veel heb gedaan én geleerd.